vers van de boer bij geitenboerderij vliek
Zuivel
Dagelijks produceert de geit gemiddeld drie liter melk. Zij verwerken deze melk in een moderne, goed geoutilleerde ruimte tot consumptiemelk, yoghurt en kwark. Geitenmelk heeft een hoger vitamine A gehalte dan koemelk en is lichter verteerbaar door de fijnere verdeling van het melkvet. De yoghurt en de kwark bevatten bifidus- en acidofiluscultures, dit zijn rechtsdraaiende melkzuurbacteriën, die een positieve invloed hebben op het behoud van een gezonde darmflora.
De kwark wordt op een ambachtelijke wijze geproduceerd. De kwark wordt opgehangen in uitlekzakken volgens het proces van hangop. De producten zijn hierdoor van een constante, hoogwaardige kwaliteit.
geiten
De dieren worden in een ruime stal gehouden en in de zomer gaan ze met mooi weer dagelijks naar buiten. In het voorjaar worden de lammeren geboren en door hen zelf opgefokt. Er worden geen lammeren aangekocht om ziekte insleep te voorkomen. Jaarlijks worden wel drie jonge fokbokjes aangekocht. Bij de melkgevende geiten wordt geen antibiotica gebruikt. Evt. ziektes bij de dieren worden behandeld met geregistreerde homeopathische medicijnen.
Het klimaat, de natuur en biodiversiteit zijn belangrijke waarden op het bedrijf. Dat vindt bv. zijn uitdrukking in de zonnepanelen die al meer dan 15 jaar op de verschillende daken liggen. In 2023 zijn extra zonnepanelen geplaatst, waardoor alle benodigde stroom door het bedrijf zelf wordt opgewekt.
De percelen zijn ingezaaid met een mengsel van verschillende soorten grassen, klavers en kruiden. Hiervan wordt het voer voor de geiten geoogst. Door het gras in een later stadium te maaien, bloeit de klaver voluit en dit bevordert de biodiversiteit in de vorm van veel verschillende insecten. Sinds een aantal jaren is bv. de Wespendief weer aanwezig boven het bedrijf. Door de vele houtwallen die het landschap doorkruisen, worden de bospercelen met elkaar verbonden en voelen de reeën zich thuis.
Van de geitenmest wordt op het bedrijf bokashi gemaakt. Dat wil zeggen dat de mest wordt gefermenteerd. Hierdoor komt er tijdens de opslag en bij het uitrijden nauwelijks of geen stikstof vrij. En met deze manier van bemesten wordt ook veel CO2 vastgelegd in de bodem.