08 feb. 2019 editorial

Tijd voor het teeltplan!

img

In het winterseizoen zijn onze inkopers druk bezig om samen met tuinders en akkerbouwers plannen te maken voor het nieuwe jaar. We buigen ons in deze periode over het teeltplan voor het komende groeiseizoen. Welke gewassen zijn interessant om te gaan verbouwen, welke gewassen passen bij het bedrijf van onze akkerbouwers en bij Ekoplaza? Een duurzame relatie zorgt voor zekerheid voor ons, maar ook voor de teler.

In deze periode worden ook grote en minder grote successen van het vorige seizoen geëvalueerd. Aan de hand hiervan wordt het teeltplan aangepast om straks weer mooie en gezonde gewassen te kunnen oogsten. Voor de keuze van gewassen kijken we samen met onze groentetelers allereerst naar de bodem van het bedrijf. Bewaargroenten als knolselderij, winterpeen en ui doen het meestal beter op kleigrond. Terwijl fijne groenteteelten als sla en fijne bospeentjes eerder succes hebben op zandgrond. In samenwerking met de inkopers van Ekoplaza en de overige vraag vanuit de markt, maakt de teler een selectie van groenten die geteeld gaan worden. We maken jaarrond afspraken en dragen samen de verantwoordelijkheid voor de teelt van 2019.

René Oosting, Coördinator inkoop AGF: “Dan start het puzzelgedeelte; de teeltplanning. Om te bepalen welke gewassen waar gezaaid en geplant gaan worden, wordt eerst een vruchtwisseling ontworpen. Met een vruchtwisseling of gewasrotatie zorg je ervoor dat hetzelfde gewas pas na enkele jaren weer terugkomt op datzelfde perceel. Vooral in de biologische landbouw is een ruime vruchtwisseling belangrijk om ziektes en plagen te voorkomen en de bodem niet eenzijdig te belasten. Als bijvoorbeeld bieten jaren achtereen op hetzelfde perceel geteeld worden, hebben de aaltjes die leven van de worteltjes onderaan de bieten het dusdanig goed, dat de populatie flink kan uitbreiden en schade veroorzaakt aan de bieten. Door na een jaar bieten een aantal jaren andere gewassen te telen zal de populatie van die aaltjes weer in aantal afnemen.”

Behalve met plantenfamilies wordt bij het bepalen van de vruchtwisseling ook rekening gehouden met de bemestingsbehoefte, de onkruiddruk en de structuur van de bodem die een gewas achterlaat na het oogsten. Een volggewas kan van een goede structuur profiteren.

René: “Prei laat, door de intensieve doorworteling, een mooi verkruimelde structuur achter na het oogsten. Als daarna een gewas wordt geteeld dat gevoelig is voor de structuur, zoals bospeen, zullen er minder problemen optreden tijdens de teelt. Als de vruchtwisseling is bepaald wordt het zaai- en plantschema opgesteld zodat er op het juiste tijdstip geoogst kan worden. De eerste prei van de volle grond die in juni wordt geoogst, wordt begin april al geplant en is zelfs al in de eerste week van januari gezaaid. Dat deze preiplanten nu al aan het groeien zijn voor misschien wel jouw prei in juni, geeft aan hoe belangrijk een teeltplan is!“

avatar

René Oosting

Coördinator AGF

Maak kennis met René Oosting! Onze coördinator AGF staat elke dag in contact met onze telers. Meebouwen aan duurzame relaties en meewerken aan vernieuwende landbouw zijn enkele punten die zijn werk zo leuk maken.